Kijklijnen Looplijnen
Tektoniek
Onder het begrip tektoniek verstaan we de kunst van het construeren. Wanneer de constructie in beeld
is en ‘eerlijk’ is, kunnen we spreken van tektoniek. Bij villa Rotonda was het belangrijkste dat de villa
de status van de landeigenaar moest symboliseren, een strakke uitstraling (Door gevelstuc) en veel
decoratieve elementen moesten daarvoor zorgen. Het toepassen van decoratieve elementen zoals
timpanen en wandschildering gingen ten koste van de tektoniek, de tektoniek word verschuild en
daarmee is villa Rotonda niet-tektonisch.
De villa en het landschap
Bovenop een heuveltop in het achterland van Venetië is Villa Rotonda geplaatst met als resultaat een
indrukwekkend uitzicht vanuit iedere gevel (In de afbeelding hiernaast kunt u zien wat . Naast het
uitzicht heeft Palladio er tevens voor gekozen om villa Rotonda zo te situeren dat het door de nabij
gelegen rivier ‘’gezond’’ word. Een perfecte locatie zorgt ervoor dat de eigenaar uitkijkt over zijn
bezittingen en tevens kan hij door zijn verre zichtlijnen in tijd van oorlog de vijand al van grote afstand
waarnemen.
Algemene informatie Villa Rotonda
Villa Rotonda is gebouwd
in opdracht van Paolo Almerico. Paolo Almerico was een pauselijke
hoogwaardigheidsbekleder die zich wilde terugtrekken naar zijn geboortestad
Vicenza. Het gebouw dat gebouwd moest worden had als functie om representatief
te zijn. De zoon van Almerico had de villa al snel verkocht aan de familie
capra, deze familie liet de villa ingrijpend aanpassen. De door Palladio
bedoelde halve-cirkelvormige koepel werd door de architect Scamozzi verlaagd en
voorzien van een opening in de koepel zoals het Patheon in Rome. Later is deze
opening toch overdekt door praktische overwegingen. De plattegrond heeft de
vorm van een Grieks kruis met vier gelijke
'tempelfaçades' met
Ionische zuilen die het vierkant omringen.
Proportiesystemen van de Palladio-villa.
Palladio’s
verhoudingen zijn gebaseerd op de wiskundige interpretatie uit
de natuur. De
perfectie die terug komt in de natuur en de mens (gebaseerd op de
Vitruvius-man) is gebaseerd op verhoudingen zoals de gulden snede en de
goddelijke
getallen 3,4,7,12 en
40, die hij terug bracht in zijn architectuur.
In de renaissance
geloofde men in de analogie tussen de proporties van de tonen en die van de
zichtbare vormen. Palladio legde in zijn boek ''Quattro Libri'' de proporties
vast waarvan hij vond dat ze toegepast
moesten worden binnen de architectuur. Daarnaast stond er in dat boek een lijst
met 7 aanbevolen vormen voor vertrekken namelijk; rond, vierkant, de diagonaal
van het vierkant als lengte van het vertrek, een vierkant en een derde, dat wil
zeggen 3:4, een vierkant en een half, dat wil zeggen 2:3, een vierkant en twee
derde, dat wil zeggen 3:5, twee vierkanten of te wel 1:2.